Nieuwe Peeldijk 19, America
Omstreeks 1850 kocht de dagloner Theodoor Verheijen een heideperceel van anderhalve hectare van de gemeente Horst, gelegen aan het zgn. Metrikse Rustven. Dit perceel lag een halve kilometen ten zuidwesten van de boerderij Het Hof, nog juist ten oosten van de latere dorpskern America. Dit waren de eerste ontginningen hier.
Hij bouwde er temidden van de uitgestrekte heide een ontginningsboerderijtje, thans bekend als “het boerderijtje van Seroo” aan de Nieuwe Peeldijk 19. Overigens was het oorspronkelijk nog kleiner dan het nu is. In 1873 blijkt het namelijk met een schuurgedeelte te zijn uitgebreid. Een dergelijke uitbreiding treft men in die tijd wel vaker aan. Een keuterboer of landarbeider bouwde eerst een kleine woning met stal, die aan het gezin en de kleine veestapel onderdak bood. Later, als er enige heidegrond in ontginning was gebracht en er misschien wat geld gespaard was, volgde een schuur of de vergroting van het bestaande schuurgedeelte.
Naarmate de ontginning van het grondbezit vorderde, groeide immers ook de omvang van de oogst en nam de behoefte aan bergruimte toe. Er zijn in de loop van de tijd veel andere wijzigingen, reparaties en vernieuwingen aan dit boerderijtje uitgevoerd.
Bij de bouw zal het een dak van stro met een nok uit plaggen hebben gehad en wellicht heeft het vroeger ook ramen met een kleinere roedeverdeling gehad of wanden uit hout of stro. Dergelijke karakteristieken zijn bij latere verbouwingen verdwenen.
Verheijen stond oorspronkelijk te boek als dagloner. Dit is begrijpelijk gezien de geringe omvang van zijn bezit. Als er veel werk was op de grote boerderijen in de Schadijk, in Meterik of in Hegelsom, zal hij ergens in de buurt bij een van deze boeren hebben gewerkt.
Dit was bijvoorbeeld in de oogsttijd of als het graan geoogst of gedorst moest worden.
’s Winters heeft hij mogelijk heibezems gemaakt of in de gemeentelijke werkverschaffing enige inkomsten verworden. Afgezien van het zware ontginningswerk dat de kleine boeren met de schop zelf moesten doen, werd het werk op het kleine stukje land en de verzorging van het vee (kippen, een varken, een geit, misschien een koe) voor een belangrijk deel door de vrouw des huizes of door de kinderen gedaan.
Het leven moet zwaar zijn geweest in het ontginningsgebied van het Metrikse Rustven, zeker naar de huidige maatstaven, maar ook in vergelijking met de boerengezinnen in het oude cultuurgebied die gemiddeld veel welvarender waren.
Deze familie Verheijen leefde in een relatief kleine, vochtige, donkere en ’s winters slecht verwarmde woning. De voeding zal eenzijdig zijn geweest, het drinkwater onbetrouwbaar, de hygiëne slecht en de medische zorg ontoereikend.
Uit de bevolkingsgegevens blijkt dat tussen 1850 en 1894 maar liefst elf personen vanuit dit huisje ten grave zijn gedragen. Daarbij was ook Theodoor Verheien zelf, zijn echtgenote, maar ook 3 van hun 4 kinderen en 6 van de 10 kleinkinderen. De kinderen stierven allemaal in hun eerste levensjaren. Verheijen zelf mocht de voor die tijd respectabele leeftijd van 72 jaar bereiken.
Het echtpaar Theodoor Verheijen en Helena Janssen kregen 3 dochters en 1 zoon. Hun eerste kind was Petronella. Zij werd geboren op 31 maart 1845. Zoon Pieter Jan werd geboren in 1848 en stierf op 20 november 1851, 17 dagen na zijn zusje Wilhelmina, die op 9 oktober van dat jaar was geboren. Johanna tenslotte, zag het levenslicht op 29 mei 1853. Zij stierf toen ze anderhalf jaar oud was, najaar 1854.
Alleen Petronella overleefde dus haar kinderjaren. Zij trad op 5 juni 1863 in het huwelijk met Peter Janssen en bleef met haar man bij haar ouders inwonen. Zij kregen 10 kinderen.
De woning werd aanvankelijk aangeduid met C 145 (alle woningen in America hadden toen de aanduiding C, later werd dit C 164, E 14 en nog later E12 en vanaf ca. 1948 Nieuwe Peeldijk 17 en later 19.

Rond 1880 komen we voor het eerst de familie Seroo tegen: Gerard Seroo, later gevolgd door zoon Martien Seroo.
Bij de volkstelling in 1930 is het gezin Seroo als volgt samengesteld:
Hier komen we ook weer Petronella Janssen – Verheijen tegen (grootmoeder 89 jaar). De dochter van Verheijen. Zij is daar altijd blijven wonen. Zoon Gerard (Grad 26-5-1913)) blijft op het boerderijtje wonen met zijn echtgenote en zoon Martien.
Martien was de laatste Seroo (zie foto) . Hij overleed op 17 juli 2016 op 66 jarige leeftijd.
In 2002 werd het huis met de gronden verkocht aan de fam. Peeraer, de huidige bewoners.
Karakteristieken
Enkele karakteristieken uit 1993 van dit boerderijtje, dat sinds 20-7-1982 een Rijksmonument is.
Ligging America, Nieuwe Peeldijk 19, 5966 NA.
1. Beschrijving in het Monumentenregister onder nummer 22652:
Kleine, in schoon metselwerk opgetrokken, uit ca.1840 daterende BOERDERIJ van het Brabantse langgeveltype onder met rode Hollandse pannen gedekt schilddak met wolfeind boven Z.W. gevel; in de Z.W. gevel 6-ruits venster met luiken en zolderlicht; in Z.O. gevel met gepleisterde plint en een deur met aan weerszijden een 4-ruits venster met luiken, een staldeur met 6-ruits raam, rechtgesloten deeldeuren met venstertje en een tweede staldeur.
Zeer gaaf voorbeeld van een ontginningsboerderijtje uit de periode van voor het gebruik van kunstmest en als zodanig een vrij zeldzaam stukje sociaal-agrarische geschiedenis.
2. Beschrijving in Horster Historien deel 4: Kadastraal opgericht als E556, thans L 945. Het oorspronkelijke ontginningsboerderijtje dient nu als woonhuis.
Het bouwjaar ligt rond 1850 en de bouwmeester is onbekend. Het is gemaakt van baksteen, gemetseld in kruisverband en op het dak liggen holle handvormpannen.
Het gaat om een zgn. schilddak met wolfseinde boven de linker zijgevel. Het heeft rechthoekige blokkozijnen met vierruitse Franse ramen, voorzien van luiken.
De voordeur met langwerpig lichtraampje zit in een rechthoekig blokkozijn.
Er is een huiskeldertje met een opkamertje. Voor het huis ligt / lag een betonnen put.
De wijzigingen: verlenging en er is een parallelle achterbouw geplaatst, ter plaatse van het voormalige stalgedeelte is het woonhuis uitgebreid en er is een schuurtje bijgebouwd.
De St. Werkgroep Oud America (heemkundevereniging) heeft het boerderijtje verwerkt in hun logo.
Bron: Horster Historiën en het archief van de Werkgroep Oud America.
Samenstelling: Hay Mulders
Tekst informatiebord bij het Ontginningsboerderijtje aan de Nieuwe Peeldijk 19
Armoe troef was het vroeger in deze streek. Aan het begin van de 19e eeuw liepen er enkele karrensporen vanuit Horst in de richting van de Peel. Een van deze karrensporen was de latere Nieuwe Peeldijk.
Het woonhuis Nieuwe Peeldijk 19 is de oudste woning in America.
Omstreeks 1850 werd dit ontginningsboerderijtje, temidden van de uitgestrekte heide, gebouwd door dagloner Th. Verheijen. Oorspronkelijk was het boerderijtje nog kleiner dan het nu is.
Het huis is gebouwd van bakstenen met een zgn. schilddak met wolfseinde en daarop holle handvormpannen. Het huis is nog steeds bewoond en verkeert in goede staat. Het is een Rijksmonument.
Een keuterboer of landarbeider bouwde meestal eerst een kleine woning met stal, die aan het gezin en de kleine veestapel onderdak bood. Later, als er enige heidegrond in ontginning was gebracht en misschien wat geld gespaard was, volgde een schuur of de vergroting van de bestaande schuur.
Verheijen stond te boek als dagloner, dat inhield dat hij in oogsttijden op grotere boerderijen in Meterik, Schadijk of Hegelsom ging werken. Het werk op het eigen stukje land en de verzorging van het vee (kippen, een varken, een geit, misschien een koe) werd voor een belangrijk deel door de vrouw en/of de kinderen gedaan.
Het leven was zwaar in het ontwikkelingsgebied van het Metrikx Rustven (kaartje uit 1875) . Zo heette het gebied rond het huidige America toen. Ze leefden in een relatief kleine ruimte, vochtig en donker en in de winter slecht verwarmd. De voeding was eenzijdig en het drinkwater onbetrouwbaar. Medische zorg was ontoereikend. In de bevolkingsboekhouding wordt vermeld dat er in de periode tussen 1850 en 1894 maar liefst 11 personen vanuit dit huis ten grave zijn gedragen: Verheijen zelf (72 jaar), zijn echtgenote, 3 van hun 4 kinderen en 6 van de 10 kleinkinderen. De kinderen stierven allemaal in hun eerste levensjaren.
Het pand werd lange tijd bewoond door de familie Grad Seroo.